Over employability, een leven lang leren en duurzame inzetbaarheid
(deel 3)
Hoe bereid je werknemers voor op de baan van morgen als werk steeds sneller verandert? Met andere woorden, hoe creëer je duurzame inzetbaarheid? In deel 3 van deze serie over employability een beschrijving van de verwachte technologische ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Hoe zien onderwijs en werk er in de toekomst uit?
De tijd waarin leren enkel een luxe of een beroepsgebonden verplichting was, is definitief voorbij. Iedereen – jong en oud, hoog en laag opgeleid – zal eraan moeten geloven. Springest en XS2talent organiseerden daarom onlangs een kennissessie voor opleiders over trends op het gebied van leren in organisaties. Deze blog-serie brengt verslag uit van dit event.
In het eerste deel van de serie kwam de visie van Piet Fortuin van CNV Vakmensen op het belang van leren naast het werk aan bod. In deel 2 volgde het verhaal Robert Boulogne, Achmea, over veranderingen in HR en HRD. In dit deel een uiteenzetting van de (technologische) ontwikkelingen, die veel aanpassingsvermogen vragen van werknemers.
Bruno Fabre, een van de initiatiefnemers van XS2talent, schetste een interessant toekomstbeeld:
Opleiden voor duurzame inzetbaarheid – wat leert de nieuwe generatie en waarom?
Fabre liet tijdens de kennissessie ‘Opleiden in een nieuw jasje’ in vogelvlucht zien wat de grootste verschillen zijn tussen scholing van toen en het leren van nu. In slechts enkele decennia is niet alleen wat, maar ook hoe, er geleerd en gedoceerd wordt sterk veranderd. Kinderen van nu worden opgeleid voor banen die nog niet bestaan. Arbeid zoals wij die nu kennen zal voor een groot deel dan ook niet meer nodig zijn in de toekomst. Vooral administratieve banen en banen in bouw, productie en industrie worden grotendeels geautomatiseerd of gerobotiseerd. Maar ook diverse managementfuncties zoals wij die nu nog kennen, zijn aan het verdwijnen.
Baanverlies door automatisering en robotisering zal volgens de Oxford-studie The Future of Employment nog frequent voorkomen de komende jaren. In onderstaande tabel is te zien hoe groot de verandering is, die deze ontwikkelingen nu al teweeg hebben gebracht van 1998 tot 2013.
Voor de nieuwe generatie werknemers zijn met name digitale vaardigheden onmisbaar. Ook het effectief kunnen verwerken van informatie om tot nieuwe ideeën of producten te komen, wordt belangrijk voor de baan van de toekomst.
Duurzame inzetbaarheid betekent leren experimenteren
Ouderwets ‘stampen’ en reproduceren van kennis wordt minder belangrijk. Informatie wordt namelijk steeds toegankelijker voor iedereen en veroudert tegelijkertijd zo snel, dat ‘bezit van kennis’ alleen, geen actuele expertise meer garandeert. Zoals ook door de overige sprekers tijdens het evenement werd aangehaald, gaf Fabre aan dat het voor toekomstige generaties vooral om flexibiliteit en aanpassingsvermogen gaat. Er wordt daarom ook in het onderwijs van nu al meer aandacht besteed aan ‘leren experimenteren’. Hoe ontdek of creëer je nieuwe mogelijkheden?
Dit veronderstelt een cultuuromslag, die ook al in veel organisaties te herkennen is: een omslag naar een cultuur waarin meer belang wordt gehecht aan samenwerking en communicatie. En waarin testen, meten en rapporteren dagelijkse gewoontes worden. Ontwikkelingen komen immers tot stand via trial-and-error, maar daarvoor hebben werknemers en professionals wel ruimte nodig. Voor hiërarchische structuren komen daarom nieuwe systemen rel in de plaats, die minder gericht zijn op het geven of opvolgen van orders. Zelf ontdekken en het nemen van initiatief worden belangrijker dan gehoorzamen en leren vindt steeds meer vraaggestuurd plaats.
Veranderingssnelheid van toen en nu
Leren naast je werk leek lange tijd vooral bestemd voor medewerkers met grote ambities of medewerkers die altijd moeten kunnen aantonen aan bepaalde voorschriften te voldoen. Dit beeld is echter ook allang achterhaald, bleek eveneens uit het verhaal van Fabre. Sinds de industriële revolutie hebben veel sectoren en industrieën lange tijd goed kunnen gedijen met beroepsgericht opgeleid personeel, die zonder al te veel bijscholing hun functies naar behoren konden blijven uitoefenen. De snelheid waarmee verandering inmiddels plaatsvindt, vergt echter een veel grotere mate van aanpassingsvermogen of zelfs volledige omscholing om te kunnen blijven participeren op de arbeidsmarkt. Het idee dat doorleren alleen voor een enkeling of in specifieke sectoren noodzakelijk is, klopt niet meer.
Hoe de noodzaak voor duurzame inzetbaarheid is ontstaan
De ontwikkelingen volgen elkaar razendsnel op. Fabre liet in zijn presentatie zien dat er technisch al veel meer mogelijk is, dan we denken of zelfs kunnen weten op dit moment. Zo haalde Fabre voorbeelden aan van ontwikkelingen in nano-technologie en brein-technologie. Er is bijvoorbeeld al zoveel kennis over de werking van het menselijk brein, dat bekend is hoe je bepaalde hersengebieden kunt stimuleren om effectiever te studeren. Met bepaalde magneten blijkt het mogelijk om de verbindingen, die er in bepaalde hersendelen worden gemaakt tijdens het leren, te versterken. Hierdoor beklijft bestudeerde stof beter.
Ook zijn er al veel mogelijkheden op het gebied van brein-gestuurde computertechnologie, waarbij computersystemen worden aangestuurd door middel van gedachten. Grootschalige toepassing hiervan lijkt nog toekomstmuziek. Maar, ter vergelijking, een leven zonder mobiele telefoon is voor ons al bijna ondenkbaar, terwijl mobiele telefonie pas werd ontwikkeld in 1973 en dit al de wereldwijde standaard werd in de jaren 90. Het inmiddels overal verondersteld beschikbare WiFi-netwerk bestaat ook nog geen 20 jaar (sinds 1997) en herinner jij je bijvoorbeeld nog een smartphone zonder Whatsapp? 7 jaar geleden waren we nog massaal aan het SMS’en…
Hoe onze werkvloer eruitziet over tien, twintig jaar of dertig jaar door deze deels verwachte, maar grotendeels onvoorziene technologische ontwikkelingen? Dat is natuurlijk niet exact te voorspellen. Ook niet door Fabre. Maar één ding kunnen we wel met zekerheid concluderen volgens hem: de technologie gaat niet meer achteruit. Alleen een continue ontvankelijkheid voor het aanleren van nieuwe skills, kan voorkomen dat je jezelf buiten spel zet op de arbeidsmarkt van de toekomst. Duurzame inzetbaarheid is geen hype. Het is pure noodzaak.